
Aan wie verkoopt de Nederlandse akkerbouwer zijn product?
Veel van de Nederlandse landbouwproducten worden geëxporteerd. Voor akkerbouwgewassen geldt dit vooral voor pootaardappelen en uien. Pootaardappeltelers verkopen een deel van hun opbrengst aan buitenlandse boeren en een deel aan hun Nederlandse collega-boeren. Voor de handel in zaad en pootgoed gelden strenge regels op het gebied van plantgezondheid, de zogenaamde fytosanitaire regels. Deze regels bepalen welke schimmels, virussen en insecten wel en niet op een product mogen voorkomen. Zo zijn er quarantaineziekten, die niet op een product mogen zitten omdat ze niet voorkomen in het land waar het product naar toe gaat en dat land zo’n ziekte buiten wil houden.
Groentegewassen worden verkocht ofwel direct aan de supermarkten en andere winkels (de retail) of aan de conservenindustrie, vaak met contracten voorafgaand aan de teelt.